Hoe concreet moeten gedragsafspraken staan omschreven in een risico-inventarisatie bij een VGO?
Op elke voorziening voor gastouderopvang moet een risico inventarisatie aanwezig zijn plus een plan van aanpak waarin staat welke maatregelen binnen welke termijn worden genomen. De gastouder is verantwoordelijk voor de uitvoering van het plan van aanpak (Regeling kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang art. 11 lid 2).
In de praktijk zien toezichthouders vaak dat de risico inventarisatie en het plan van aanpak in één document worden samengevoegd. Dat moet niet, mag wel. De maatregelen in een plan van aanpak kunnen er op verschillende manieren uitzien. Zo staat er vaak als maatregel “er zijn gedragsafspraken gemaakt” beschreven.
Om verantwoorde gastouderopvang te kunnen bieden is het van belang dat deze afspraken de risico’s zodanig minimaliseren dat er sprake is van veilige opvang en dat de gastouder deze kent en toepast in de praktijk.
Echter, in hoeverre moeten deze afspraken zijn geconcretiseerd en vastgelegd? Zo is bijvoorbeeld “er zijn afspraken gemaakt rondom het spelen op de trampoline” niet concreet. Concreter is: “er mogen maximaal 2 kinderen tegelijk spelen op de trampoline”. De toezichthouder kijkt hoe de kinderen gebruik maken van de trampoline en of dat gebruik voldoende veilig is.
Indien je als toezichthouder een onveilige situatie aantreft, bespreek je de situatie met de gastouder en vraag je hierop door. Weeg de risico’s en de gevolgen van blootstelling eraan. Stel vast vanuit je observatie en interview op locatie of de maatregel “er zijn gedragsafspraken gemaakt”, leidt tot verantwoorde gastouderopvang. En stel vast of het vanuit veiligheidsoogpunt noodzakelijk is dat de afspraak schriftelijk moet zijn vastgelegd of mondeling ook volstaat.
De leeftijd van de kinderen en de omstandigheden spelen hierbij een belangrijke rol. Zo kan een zichtbaar lijstje met een aantal belangrijke afspraken voor de oudere kinderen helpen om de veiligheid te borgen. Ook draagt dat bij aan eenduidigheid van afspraken tussen houder GOB, gastouder, ouders en kinderen. Weeg dit alles mee in je oordeel en omschrijf de feiten in het rapport.
Onderbouwing vanuit wettelijk kader
Uit de toelichting bij het Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang en de Regeling kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang blijkt niet expliciet dat gedragsafspraken schriftelijk moeten zijn vastgelegd.
Om tot een weldoordacht beleid te komen, moet de gastouder inzicht hebben in alle risico’s die zich op zijn of haar opvanglocatie kunnen voordoen en maatregelen treffen die deze risico’s afdoende beperken. Zonder dat inzicht zal een dergelijk beleid niet veel meer zijn dan een beleid, gebaseerd op incidenten, waarbij geen prioriteiten worden gesteld of planmatig wordt gewerkt aan structurele oplossingen voor gesignaleerde problemen.
Deze toelichting geeft bij doorvertaling naar de praktijk ruimte om te verlangen dat om de risico’s afdoende te beperken, de gedragsafspraken over omgaan met de belangrijkste concrete risico’s soms op schrift moeten worden gesteld.
Verwijzing naar wet en regelgeving:
artikel 1.56b lid 1 Wet kinderopvang
artikel 7 lid 5 en 12 Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang
artikel 11 Regeling kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang