Welke aandachtspunten zijn er bij schriftelijke toestemming voor opvang in een tweede stam- of basisgroep?

Welke aandachtspunten zijn er bij schriftelijke toestemming voor opvang in een tweede stam- of basisgroep?  

Het uitgangspunt van de wet is opvang van het kind in één stam- of basisgroep. Daarop is het Besluit kwaliteit kinderopvang de uitzondering gemaakt met de regel dat een kind met vooraf gegeven toestemming van de ouder voor een -overeengekomen- periode in één andere dan de eigen stam- of basisgroep opgevangen kan worden. Die periode kan een dagdeel, dag, een periodiek moment of bepaalde dagen zijn, mits vooraf duidelijk is wanneer dit plaatsvindt en waarmee de ouder van het kind dus instemt.    

 

Het blijft daarmee voor ouder en kind duidelijk wanneer en in welke stam– of basisgroep het kind wordt of zal worden opgevangen. De opvang moet dan ook plaatsvinden in die specifieke andere stamgroep. De toestemming van de ouder is een keus, de ouder stemt daarmee vooraf schriftelijk in. Dit kan bijvoorbeeld ook met een ouderapp, mits de keuzevrijheid van de ouder daarmee is geborgd en de keus vooraf plaatsvindt. Het moet mogelijk zijn dat de ouder de plaatsing van het kind in een andere stam- of basisgroep weigert. De regel is onderdeel van het artikel dat stabiliteit voor de opvang regelt.  
  

Een clausule in de schriftelijke overeenkomst of in algemene voorwaarden waarin geregeld is dat ouders voor een ongedefinieerde of voor de gehele opvangperiode ‘blanco’ toestemming geven voor opvang van hun kind op willekeurige momenten in een tweede stam-of basisgroep, voldoet niet.   

 

Zie ook de rechterlijke uitspraak van 2 juni 2017. Hierin oordeelt de rechter aan de hand van de totstandkomingsgeschiedenis van dit voorschrift dat voor de ouders vooraf duidelijk moet zijn wat de situatie is en hoelang deze zal duren.  

 

Als plaatsing in een 2e stam-/basisgroep niet op juiste wijze is geregeld is dat een overtreding van art. 9 lid 1 of 18 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang (item 3.5.1.). Artikel 9 lid 9 (of 18 lid 4) is namelijk een uitzondering op lid 1 van het artikel dat stabiliteit regelt. Als de houder niet voldoet aan de voorwaarden voor de uitzondering, overtreedt hij daardoor artikel 9 lid 1 van het Besluit kwaliteit kinderopvang (een kind wordt opgevangen in één stamgroep). De houder overtreedt namelijk niet de voorwaarde die de uitzondering regelt.  

 

Wet- en regelgeving 

Artikel 9 lid 1 en 9 en artikel 18 lid 1 en 4 Besluit Kwaliteit kinderopvang 

 

Jurisprudentie 

Rechtbank Amsterdam 2 juni 2017, (ECLI:NL:RBAMS:2017:3878)   

 

Toelichting: 
Met name rechtsoverweging 5.2: “De rechtbank volgt eiseres niet in haar uitleg van artikel 5, dertiende lid, van de Regeling. (…) Hierin staat duidelijk dat de houder en ouder de periode waarin een kind in een andere stamgroep wordt opgevangen overeengekomen moeten zijn. Verder blijkt uit de totstandkomingsgeschiedenis van deze bepaling dat de reden dat bepaald is dat vooraf toestemming gegeven moet worden, is dat voor de ouders vooraf duidelijk moet zijn wat de situatie is en hoelang deze zal duren. De door eiseres gevoerde praktijk waarin ouders van tevoren blanco toestemming geven op schrift, die eiseres vervolgens inzet op vooraf onbekende incidentele dagen, verdraagt zich niet met het vereiste dat ouders een bepaalde periode moeten zijn overeengekomen. Zij weten hierdoor immers niet vooraf hoelang de situatie zal duren.”