Beoordelen risico-inventarisatie in de gastouderopvang

Hoe beoordeelt de toezichthouder kinderopvang de risico-inventarisatie in de gastouderopvang?

Indien een toezichthouder het veiligheids- en gezondheidsbeleid beoordeelt bij een gastouder moet onderstaande in acht worden genomen:

  • Is er een actuele risico-inventarisaties veiligheid en gezondheid en zijn die toegespitst op het specifieke opvangadres? Denk aan specifieke risico’s bij bijvoorbeeld een trampoline, vijver, drukke weg of, in geval van gezondheid, bijvoorbeeld  huisdieren. Is er een verbouwing geweest die is verwerkt in de risico-inventarisatie?
  • Zijn alle ruimtes waar kinderen komen (zowel binnen als buiten) meegenomen in de risico-inventarisatie?
  • Is er een plan van aanpak waarin maatregelen concreet zijn beschreven.?
  • Is de risico-inventarisatie door de gastouder samen met de bemiddelingswerker (of houder) van het gastouderbureau opgesteld? Heeft dit plaatsgevonden doormiddel van een bezoek?
  • Worden de maatregelen uit het plan van aanpak uitgevoerd? De toezichthouder kan steekproefsgewijs controleren op risico’s en gaat daarover indien nodig met de gastouder in gesprek.

Verantwoordelijkheid gastouder-gastouderbureau
Vanuit de wetgeving is de gastouder verantwoordelijk voor het uitvoeren van het veiligheids- en gezondheidsbeleid (artikel 12 Besluit kwaliteit gastouderopvang). De houder van het gastouderbureau is echter verantwoordelijk voor het gezamenlijk opstellen van het veiligheids- en gezondheidsbeleid (artikel 7 lid 2 en lid 5 Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang).

Indien er volgens de toezichthouder belangrijke risico’s niet zijn opgenomen in de risico-inventarisatie, kan dat tijdens een onderzoek bij de gastouder een overtreding zijn op artikel 12 lid 1 van het Besluit kwaliteit gastouderbureaus. De onderbouwing behoort te zijn omschreven bij voorwaarde 5.1.1

Indien het plan van aanpak zoals dat aanwezig is bij de gastouder niet wordt uitgevoerd, is dat een overtreding op artikel 11 lid 2 Regeling kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang. De onderbouwing behoort te zijn omschreven bij voorwaarde 5.1.3

Indien de toezichthouder constateert dat de risico-inventarisatie niet samen met de bemiddelingswerker (of houder) van het gastouderbureau is uitgevoerd is dat een overtreding op artikel 7 lid 2 Besluit kwaliteit. Dit betekent dat deze overtreding alleen geconstateerd kan worden bij een onderzoek van het gastouderbureau, en niet bij de gastouder.
In dit geval is het wenselijk dat deze bevinding terecht komt bij de toezichthouder die het toezicht op het gastouderbureau uitvoert.

Verwijzing naar wet en regelgeving en itemlijst:
Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang artikel 7 lid 2
De houder van een gastouderbureau inventariseert jaarlijks de veiligheids- en gezondheidsrisico’s die de opvang van kinderen in alle voor kinderen toegankelijke ruimtes met zich brengt. Dit gebeurt samen met de gastouder. Daartoe draagt de houder van een gastouderbureau er zorg voor dat elk adres waar opvang plaatsvindt ten minste één keer per jaar wordt bezocht door een bemiddelingsmedewerker werkzaam bij het gastouderbureau

Lid 5
Bij voorzieningen voor gastouderopvang wordt door de houder van een gastouderbureau in een samen met de gastouder opgesteld plan van aanpak aangegeven welke maatregelen binnen welke termijn zijn respectievelijk worden genomen in verband met de in het tweede en derde lid bedoelde risico’s.

Artikel 12 lid 1 Besluit
De gastouder neemt de op grond van 
artikel 7 gezamenlijk met de bemiddelingsmedewerker van het gastouderbureau opgestelde inventarisatie van de veiligheids- en gezondheidsrisico’s van de opvang van kinderen in acht. Op ieder adres waar opvang plaatsvindt is een op dat specifieke adres toegespitste inventarisatie beschikbaar

item 5.1.1
De gastouder heeft op het opvangadres een door de bemiddelingsmedewerker en de gastouder ondertekende risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid, die jaarlijks is opgesteld en is toegespitst op dat specifieke adres. De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid is door de gastouder samen met de bemiddelingsmedewerker uitgevoerd.

(art 1.49 lid 3 en 1.56b lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 12 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang; art 11 lid 1 Regeling kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang)

Item 5.1.3
De gastouder draagt er zorg voor dat de veiligheids- en gezondheidsmaatregelen uit het plan van aanpak binnen de gestelde termijn zijn respectievelijk worden genomen.

(art 1.49 lid 3 en 1.56b lid 1 en 2 Wet kinderopvang; art 12 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit gastouderbureaus, gastouders en voorzieningen voor gastouderopvang; art 11 lid 2 

Artikel 11 lid 2 Regeling kwaliteit
De gastouder draagt er zorg voor dat de maatregelen uit het plan van aanpak bedoeld in 
artikel 7, vijfde lid, van het besluit binnen de gestelde termijn zijn, respectievelijk worden genomen.